HIGHLIGHTS.
Als 15-jarige jongen maakte hij zijn internationale debuut tijdens de Jeugd Olympische Dagen in Valkenswaard (tegenwoordig European Youth Olympics Festival) door twee gouden- en een zilveren medaille te winnen. Tijdens zijn eerste Olympische Spelen in Atlanta 1996 boekte hij meteen succes bij de senioren door op zowel de 100 als de 200 meter vrije slag als vierde te eindigen.
Na het winnen van maar liefst zes gouden medailles bij de EK lange baan in Istanbul in 1999 was hij één van de favorieten voor de Olympische Spelen van 2000 in Sydney. Zijn geduchte tegenstander op de 200 meter vrij, Ian Thorpe, wist hij met een wereldrecord te verslaan. Op de 100 meter vrij realiseerde hij eveneens een wereldrecord en was hij met een tijd van 47,84 seconden de eerste zwemmer in de geschiedenis die onder de 48 seconden zwom. Dit wereldrecord heeft vervolgens acht jaar stand gehouden.
Vier jaar later prolongeerde hij zijn Olympische titel op het Koningsnummer, de 100 meter vrije slag, een prestatie die slechts door twee zwemmers (Johnny “Tarzan” Weissmuller en de Rus Alexander Popov) behaald is. Naast het goud won hij nog twee zilveren medailles, op de 200 meter vrije slag en de 4×100 meter estafette.
Tijdens zijn laatste Olympische Spelen van 2008 in Peking, waar hij voor de derde gouden medaille wilde gaan op de 100 meter, zwom hij weliswaar de beste tijd uit zijn carrière, maar moest hij genoegen nemen met een vijfde plaats. Hij werd wel de eerste zwemmer ooit die vier keer achter elkaar in de Olympische finale stond op het koningsnummer van de zwemsport. Een unieke prestatie.
Sportieve hoogtepunten:
-
- Drievoudig Olympisch Kampioen (7 medailles totaal)
- Wereldrecords op de 100 en 200 meter vrije slag
- 14-voudig Europees Kampioen
- 54-voudig Nederlands Kampioen
- Nederlands Sportman van het jaar in 1999, 2000 en 2004
- Europees Sportman van het jaar 1999
- Beste zwemmer in de wereld 2000
- Ridder in de orde van de Nederlandse Leeuw